maandag 20 april 2009

en dan...

Het leven is kiezen zegt men wel eens, en zo stond ook ik voor een moeilijke keuze. Reizen of de roep van mijn vriendin beantwoorden en terug naar huis keren? Ik ben ondertussen zes maand en half weg en dat betekent niet alleen reizen maar ook weg van mijn vriendin Patricia. Ze was een aantal keren langsgekomen - wat voor haar niet altijd even makkelijk was - maar wat zeker de moeite waard was voor ons beiden. Het was voor haar niet makkelijk om de voorbije maanden haar weg te vinden in het Belgenland... Daartoe neem ik de weg van de liefde, en kort ik mijn trip wat in. Dit laatste bericht wordt dan ook niet geschreven aan de watervallen van Iguazu of uit Tango-city Buenos Aires, maar uit Belsele City, Belgium.
Ja, ik ben terug in België, met een valies vol reisverhalen en een berg foto's. Mijn reis was voor me onvergetelijk, en laat je zeker even relativeren wat we hier in het Westen hebben. Het heeft ook mijn wereld verwijdt; Australië ligt achter de hoek en Azië op een boogscheut. Mijn reis bracht me inzichten die ik niet kon krijgen op school of bij werkgevers. Ik kan het iedereen aanraden, er eens op uit te trekken, niet langs de voorgekouwde, opgepoetste paadjes maar langs de weg die de lokale dorpsbewoner er neemt. Er is zo veel te zien. "Het is beter een mijl te reizen dan om duizend boeken te lezen" zei Confucius nog en dat is nu meer dan Oosterse Wijsheid.

vrijdag 17 april 2009

SA - Buenos Aires and Iguazu

Zondag ochtend, Patricia komt aan in BA. 10 dagen om wat te touren in Argentinia. We willen naturlijk een beetje sfeer in tango-city opsnuiven: terrasjes aan de puerto madeira, de gezelligheid van Ricoletta - waarnaast de verschillende kunstgallerijen ook het graf van Evita Perron te vinden is. Je kan hier ook de Evita Perron toer doen: het paleis vanwaar Evita haar toespraken hield op Plaza de Mayo ("don´t cry for me Argentina" - aldus Madonna), verschillende huizen uit die tijd en dan het kerkhof op de Ricoletta.
Als je verder Zuidwaarts gaat in de stad krijg je de typisch Spaanse huizen met kleinere straatjes om dan uiteindelijk in La Boca te komen (inderdaad, de voetbalploeg van Diego Maradonna) met el caminito in San Telmo. In de straten wordt er tango gedanst en je vindt er soms hele orkestjes die hun piano tot op de stoep hebben gereden. Sierlijk en stijlvol, totdat een Braziliaans drumparade de rust wegneemt en iedereen de samba danst. Heel de stad ademt zo een toffe sfeer uit, en dan ben je nog niet uitgeweest! Het lijkt wel of hier nooit een economische crisis is geweest. Iedereen leeft nog op hetzelfde tempo als toen de stad zijn hoogdagen beleefde begin vorige eeuw (wist je dat BA een metro had voor Parijs?)




Om even de stad uit te zijn namen we de bus naar Iguazu, ´s werelds grootste waterval. De waterval op de grens met Brazilië en Paraguy is gewoonweg reusachtig:


In het totaal 257 watervallen waarvan de Devil´s throat de grootste is tonen een prachtig schouwspel zo ver het oog reikt. Als in het park loopt ben je gewoon omgeven met watervallen... Niet voor niets is de wateral genoteerd als een van de nieuwe wereldwonderen van de natuur. Het park is ook rijk aan fauna: duizenden vlinders fladderen rond en komen op je zitten terwijl je rondloopt. Kleine wasbeerachtige beertjes komen rondsnuffelen naast je op zoek naar eten. Het is echt betoverend: meer dan 400 foto´s van de watervallen alleen al.
Argentinia is echt veelzijdig, en zeker een bestemming voor een van mijn volgende reizen.

woensdag 1 april 2009

SA - Santiago naar Buenos Aires

In Santiago aangekomen... De stad is gewoonweg Europa. Je hebt niet het gevoel dat je in Zuid Amerika bent. Het zou een Madrid of Barcelona kunnen zijn. Chile is niet voor niets het eerste First world (ipv 3de wereldland) land van Zuid Amerika. Booming Industry, een bloeiende metropool, iedereen mee met de laatste trends en mode... Het is niet het Zuid-Amerika dat ik laatst zag (dat is in een vorige reis) in Peru of Bolivia.
Ik doe een tour de ville en bezoek de verschillende musea hier aanwezig. De copa de Ameria (Zuid Amerikaanse Champions League) is volop aan de gang dus de straten lopen leeg vanzodra ier een voetbalmatch wordt gespeeld. Ik, de voetballeek, word meegezogen in de hype. Chile-Urugay (0-0) maar dat niet zonder gebulder en getier, Chili gaat door, feest!
Patricia wacht me op in Buenos Aires, dus ik vertrek na enkele dagen Chili al naar mijn Argetinia. Daar de reis meer dan 26 uur is wil ik een tussenstop maken in Mendoza, om kennis te maken met de wijn van Argentinia. Een tour de Bedegas brengt me langs de verschillende wijnhuizen waar ik kan proeven van de shyrah, Cabernet Souvignon en Malbec, de lokale druifsoorten. Ik doe de tour met de fiets, en ik kan je verzekeren dat dit na een paar bodegas niet zo vlot gaat als in het begin, maar ik haal het eind. Mijn favoriet is nog steeds Lamarke, een franse wijnboer...
Een Bus-cama - letterlijk een bed bus - verder sta ik eindelijk in de zuid amerikaanse lichtstad buenos Aires. Eens een van de meest welvarende steden in de wereld (de stad had een metro netwerk voor Parijs), nu genoemd in een zucht met de andere zuid amerikaanse steden, maar de spirit continues. Economische val van de Arg. Pesos of niet, this city rocks, and that is what I'm about to discover...

zaterdag 28 maart 2009

Paaseiland


Het spreekt een beetje tot de verbeelding, het paaseiland. Het meest afgelegen plekje op de wereld. Niets in de buurt voor 2700km in de omtrek. Een eiland vol rare gezichten...

Het verhaal achter de beelden: Een boot Polynesiërs strande hier op het eiland, dat toen dichtbegroeid moet zijn geweest, en settelde zich in veschillende clans verspreid op dit kleine eiland. Ze vereerden hun voorouders, ze hadden nl. alles aan hen te danken. Dit deden ze door beelden te maken van hen. De verschillende klans tegen elkaar op, steeds groter en groter. Het maken van de beelden echter, consumeerde zoveel van de natuurlijke rijkdommen (men had zoveel hout nodig om de enorme stenen hoofden tot op het altaar te krijgen), dat men niet voldoende voedselopbrengsten had van het land. Dit op zijn beurt zorgde ervoor dat men zich volledig op het bouwen van de beelden stortte, om de voorouders te smeken voor meer eten. Werkte natuurlijk niet... Met als gevolg een grote hongersnood, alle bomen gekapt en niet eens de mogelijkheid om weg te varen met een boot (geen hout). Grote paniek tot gevolg: men keerde zich tegen de voorouders (de meeste beeldenwerden vernietigd) en een terugkeer naar kanibalisme. De bevolking ging van 9000 naar een schamele 111.
Meneer Cactus: "Spelende vrouw, wat heb je nu geleerd?"

zondag 22 maart 2009

Nieuw Zeeland - North Island

Dus nog in Wellington geraakt, NZ's hoofdstad. Een gezellig sfeertje moet ik zeggen, het was net St. Patricks day dus iedereen in het groen en feesten. In Wellington heb je het nationaal museam Te Papa, waarin ondermeer wat meer te vinden is over de Maouri cultuur. In het zuideiland had ik er nog niets van meegekregen, dus vond ik het de moeite waard er eens een kijkje te nemen. Na mijn museumbezoek even uitblazen aan de waterkant, het is echt wel een gezellige stad. Ik had niet enkel een interview met NDND, maar de national radio kwam me ook interviewen over hoe men meer Ozzies kon aantrekken, men dacht vast dat ik van Australie was.
Van Wellington Noordwaarts naar het Tangariro National Park. Hier staat Mt Doom van de film the lord of the rings. Een perfect conische vulkaan. Dat is voor mij voldoende voor een beklimming. Ik heb hem echter in twee keer moeten doen. De eerste dag zat ik vast in een storm en moest ik terugkeren, maar tweede poging in prachtig weer bracht me bij de rode krater! Het hele noordeiland heeft wel iets vulcanisch. De verschillende meren zijn gevormd door kraters, je hebt aan het Taupo meer "the craters of the moon"(een fumaroles veld) en lekker warmwaterbronnen, waarin ik even uitblaas na mijn beklimming.
Van het vulkanisch park ga ik naar de Waitomo caves. De grotten zijn bekend om hun glowworms, en dat op zich is al een bezoekje waard. Rappellen in de grot en dan de glowworms aanschouwen die oplichten als een heuse sterrrenhemel.
Na een korte tussenstop op in het gezellige Baglan kom ik aan in Auckland, de grootste stad in NZ. In Auckland slijt ik mijn laastste dagen kiwitijd. Ik verkoop hier mijn wagen (ik had er hem gekocht om de kosten wat te drukken - het oorspronkelijke plan was winst te maken, maar de crisis strooide hier roet in het eten, maar ik heb nog steeds gewonnen) en verken de stad en beetje. Ironisch genoeg is deze stad opgetrokken in een heel vulkanisch veld. De verschillende heuvels zijn niet minder dan vulkanische conen. Non-actief? Voor het moment wel, maar om de 5000 jaar komt het tot een uitbarsting... Een vulkaansimulator in het Auckland museum probeert te illustreren hoe dit er uitziet en ik kan zeggen dat het weinig goedsbelovend is. Maar indrukwekkend is het wel... vanop een afstand.

dinsdag 17 maart 2009

Nieuw Zeeland - South Island (3)

Terug in Christchurch. Val weer binnen bij Pieter om even uit te blazen. Met Shouna (Pieter's vriendin = kiwi) brainstorm ik de komende dagen over wat boom-opties. Mijn eerste vraag toen ik hier aankwam was nl. waar zijn al die bomen naar toe? Wie weet komt het ooit nog tot een ngo?
Een paar daagjes rust had me goed gedaan, het weer was ook wat verbeterd en ik terug op pad. Verder naar het Noorden langs de Oost-Kust. Rotorua intrigeerde me daar verschillende mensen al met hun foto's waren komen tonen waarop duikende walvissen, orkas en een groep dolfijnen stond. Ik wou ook zo'n foto. Een prachtige baan langs de kust bracht me al in contact met de groep dolfijnen die vrij dichtbij zwommen en sprongen. Minder goed nieuws in Rotorua was dat de boottochten gecancelled waren omdat de walvissen te veraf waren. Jammer. Maar verschillende zeehondcolonies langs de weg fleurden me op. Kleine dartelende zeehondjes die er spelen, leuk zicht.
Ik rij verder Noordwaarts naar het Abel Tasman Park. Hier heeft Abel Tasman, de Nederlandse ontdekkingsvaarder voor het eerst Nieuw Zeeland aangedaan, maar is hier na een kleine encounter met de Maouri snel weer vertrokken (hij hoorde hun strijdhoorn en dacht dat het een welkomstdeuntje was en antwoorde op de klaroen wat voor de Maouri zoveel betekende als oorlog). Het park heeft goudgele stranden en dichtbegroeide heuvelruggen. Ik trek er met een kayak langs. Dit is niet altijd even makkelijk daar de golven dikwijls over de kayak heenspoelen.
Ik kampeer weer in een afgelegen plaatsje, maar kan geen oog dicthdoen door de verschillende possums die tegen elkaar op staan te roepen.
Na mijn Tasmaans avontuurtje doe ik de Queen Charlotte Sounds aan voor een lazy Sunday. De Sounds hebben iets weg van Denemarken zoals mijn vader al verschillende keren opmerkte. Uit de Sounds vertrekt ook de Ferry boot naar Wellington. Auto onderin het ruim en dan op het zondek van het uitzicht genieten (het was even stress in de octhend toen bleek dat ik de verkeerde ferry had geboekt: Wellington - Picton in plaats van andersom, maar het kwam allemaal nog goed).
In de tussentijd had ik een interview met No Drugs No Dope, wie zin heeft kan het nalezen:
sponsor

dinsdag 10 maart 2009

Nieuw Zeeland - South Island (2)

Na Mt. Cook reisde ik naar het zuiden af. Maar voordat ik echt de baan opging moest ik toch nog even een zweefvlucht gehad hebben. Na vele jaren in het Belgisch luchtruim te hebben geploeterd wou ik nu toch eens in de bergen mijn zweefvliegkunsten uitproberen. Naast thermiekvliegen op een heuvelflank kan je hier in de "wave" proberen geraken, dat is de wind die zich opbouwt achter een bergrug en die je tot op zeer grote hoogte kan brengen.

Na mijn vliegtochtje rij ik verder Zuidwaarts, tot in Te Anau - Fiordland van Nieuw Zeeland. Ik ga hier de Routeburn track lopen, een track dat me door drie soorten landschap brengt: mossig woud, bergland en droog woud. Begeleid door de vele vogeltjes onderweg loop ik het traject in 3 dagen af en kom zo langs enkele prachtige views.

Na de treck (ze noemen dat hier tramping) zak ik verder af naar Milford Sound, een fiord met een paar prachtige watervallen. De fiord staat momenteel in de ranglijst om opgenomen te worden als werelderfgoed. Normaal gezien zou ik een kayaktocht maken, maar doordat de wind zodanig sterk was is het last-minute een boottochtje geworden. Misschien beter zo, het water is me iets te koud om te zwemmen indien ik zou kapseizen. In de fiord waren ook vele zeehonden aan het zonnen. De wind zorgde op zijn beurt voor enkele spectaculaire watervallen: de watervallen werden omhooggeblazen en raakten nooit de grond.

De weg naar Milford Sound is al een bezienswaardigheid op zich. Ik denk dan ook dat ik mijn mooiste kampeersite gevonden heb ooit, lake Gunn; tentje opgezet in het moswoud en dat met uitzicht op het meer, bergen in spiegelbeeld - prachtig

Na Milford gaat het weer Noordwaards. Langs Wanaka door de Haast Pas naar de Westkust. Daar zijn nl. 2 reusachtige gletshers die mijn bezoek waard zijn: de Fox en Franz Jozef Glaciers. Het meest opmerkelijke bij de gletsjers zijn de bordjes die aanduiden waar de gletsjer was in 1750, in 1935 en dan nu... het gaat steeds sneller. Bij de Frans Jozef gletsjer tracht ik tot bij de ijsmuur zelf te komen, en dat levert me enkele toffe kiekjes op en twee bevroren handjes.

Maar mijn weg gaat natuurlijk door. Voordat ik terug Pieter ga bezoeken rij ik door Arthur's pass (genoemd naar Arthur, die destijds door de Maouri was ontvoerd en dat was dan ook de eerste keer dat een blanke doorhad dat er een weg was van Oost naar West doorheen de bergenmuur) om wat te boulderen bij de Castle hills, een krijtsteenrots die op beeldhouwwerken van de Maouri lijken in plaats van op een creatie van de natuur. Nieuw Zeeland bevalt me echt wel, het is zoals doorheen een reusachtig themapark te rijden waar je beslist welke site of attractie je gaat doen - even langs de infostand en dan weer op pad.

Nieuw Zeeland - intermezzo

Nieuw zeeland is voor velen nog steeds onbekend terein. Daarom even een kort intermezzo. De Hollanders gaven het zeker de naam, maar ze waren zeker niet de eersten hier. De Polynesiers waren hier veel voor hen, en bleven hier na hun ontdekking om zo de native NZ's te worden.
Lang voor de Mauri moet Nieuw Zeeland een vogel paradijs geweest zijn. Geen enkel zoogdier (buiten walvis of flipper) maakte het tot hier. Je had dan ook vogels hier vele malen groter als de stuisvogels (Moas), vliegen konden ze niet, dat was immers niet nodig doordat ze niet werden bejaagd (buiten enkele arends na, tevens vele malen groter dan wat we nu kennen).
En toen kwam de Mauri. Het was voor hen een feestmaal hier: vele Moas werden hier neergespeerd tot er geen enkele overbleef. Ze brachten ook een rat mee, maar dat was dan ook het enige zoogdier dat hier huisde.
Toen vele jaren later de Europese ontdekkingsvaarders hier langskwamen was NZ nog steeds het vogelparadijs. Maar de Mauri moesten plaatsmaken voor de blanke boeren, en dat ging niet zonder slag of stoot; de Mauri is een krijgervolk en dat hebben de eerste settlers geweten. Maar zoals bij de meeste veroveringen zijn het de microben die het werk doen, ook hier, en bovendien werd een hele musket oorlog uitgevochten tussen de stammen onderling (de Europeanen introduceerden musketten bij de stammen die ze gebruikten om oude rekeningen te vereffenen... een genocide als gevolg, die zich als een golf van Noord naar Zuid over het eiland bewoog) . De Europeanen brachten ook een heel resum zoogdieren mee, waaronder enkele die nu een plaag zijn (konijnen, wezels, marmotten en de possum kat uit Australie). Gevolg: groot probleem voor de fauna en flora die helemaal niet afgestemt zijn op predators. En dat is te zien in de vogelpopulatie. Nu worden grote campagnes opgezet tegen wezels, marmotten en possums daar zij de eieren en vogels opeten. Je ziet, het kan ook verkeren in het paradijs. Maar laat ik toch over een ding duidelijk zijn, het land is echt zo verbazend mooi als de thema shots in de films die hier werden gedraaid!

maandag 2 maart 2009

Nieuw Zeeland - South Island

Nieuw Zeeland, land van The Lord of the Rings, gekend om zijn prachtige natuur. Mijn reis doorheen het land zal me dan ook voornamelijk langs natuur brengen. De steden zijn vrij jong. Vanuit de vlieger heeft het meer iets weg van suburbia. Je hebt er wijk naast wijk gebouwd, iedereen met een klein tuintje en alles in het nette, karakterloze vierkante stratenpatroon.
Ik kom aan te Christchurch, waar ik afspraak heb met Pieter, een oude Delftgenoot die hier verzeild is geraakt. Maar lang blijf ik er niet. Er is te veel om te ontdekken om in Christchurch te blijven. Met een auto rij ik eerst naar Akaroa, aan de rand van wat duizend jaar geleden een vulkaan moet zijn geweest, om dan mijn echte expeditie te beginnen verder zuidwaarts.
Van het turquoise Lake Takepo naar Queenstown, wereldhoofdstad voor extreme sports. En toen ik voorbij een brug reed vanwaar men bunji sprongen maakte, kon ik het niet laten... mijn eerste bunji jump was een feit. Het moment van adrenaline is niet zozeer het vallen, wel de seconde dat je op het springplankje staat en naar beneden kijkt en je je realiseert dat het wel heel diep is... Maar er is geen weg terug (jumps are not refundable), je wordt rustig begeleid en 3,2,1 go! Vrije val, tot je net met je vingertoppen het water aanraakt.
Van Queenstown rij ik naar Mt Cook. Het is een beetje op mijn stappen terugkeren, maar ik heb afgesproken met Pieter om wat te gaan trekken naast de gletchers. We waren eerst van plan de Ball pass te doen, maar die bleek zelfs zo gevaarlijk te zijn dat de overheid ze heeft gesloten, dus hielden we het op wat dagtochtjes in de gietende regen. Ook leuk natuurlijk. Je hebt hier verschillende gletchers die in de valei uitmonden. De Hooker Glacier, de Tasman Glacier, de Ball Glacier,... De Tasman glacier is zelfs de grootste van de wereld, maar ook deze is in een sneltempo aan het wegsmelten. Verschillende brokken ijs drijven in het meertje dat zich heeft gevormd voor de gletsher. Paaltjes duiden aan waar het niveau tien jaar geleden was, ...
Na onze doorweekte excurties nabij Mt Cook zakken we af naar Twizel, lager gelegen in de vallei. En waarempel: zon! Als we de volgende dag belissen om een zwem te doen in het meer gebeurt wel iets heel onverwacht. Een Kiwi (Nieuw-Zeelander) stopt om wat te vissen en vraagt ons of we een tochtje willen maken met zijn boot. We zeggen natuurlijk geen nee. Bleek de boot niet zomaar een bootje, maar een jetboat, en de man in kwestie een van de beste jetboat piloten. Hadden we daar even de rit van ons leven. De man stuurde de boot behendig dicht tegen de kant aan om dan full throttle het stuur om te gooien... Pfff en dan zeggen dat er mensen voor dit betalen.

maandag 23 februari 2009

Australia - Brisbane, Sydney & the blue mountains

Na ons tochtje naar Fraser Island, hebben we nog even tijd om Brisbane City te bekijken. Het toffe aan Brisbane is dat er te midden van de stad een kunstmatig strand is aangelegd (dat is dus niet in de rivier, maar met een eigen zwembad). Je ligt dan te zonnen met zicht op de andere oever van de rivier met zijn torenhoge gebouwen. Je ziet er dan ook zakenlui die hun kostuum op het strand gooien en een zwemmetje komen doen.
Van Brisbane gaan we terug naar Sydney. We hadden nog steeds niet Sydney-by-night gezien, dus dat werd nu eens tijd. Een zwoele avond leidde ons naar Mrs Macquiries park, vanwaar we het beste zicht hebben op de opera en de Harbour Bridge. Het toeval wilde net dat het open-air theater net een film aan het draaien waren, we zetten ons als zovelen ergens op de heuvel, om zo tussen de bomen een gratis filmpje mee te kunnen pikken. Ik moet er bij vertellen dat het veel meel charme heeft zo een film te zien als ergens beneden op een betaalstoel. Hier is er echte ambiance. Na de film nog even onze by-night kiekjes.
De volgende dag gaan we naar de Blue Mountains. Dit is een nationaal park even buiten Sydney. De gids die ons er naar toe brengt is niet te schatten. Een kerel die niet kan zwijgen en continu grapjes ligt te maken, waardoor we met kramp in de buik en tranen in de ogen de kangaroos gaan bezichtigen. Een wandeltocht brengt ons langs adembenemde watervallen en uiteindelijk krijgen we de 3 Sisters (3 bergen uit het masief) te zien. We keren terug naar de bus met de steilste funicular. Deze is zo steil dat je op een gegeven moment het gevoel hebt in een lift te zitten ipv een treintje. We sluiten de trip af met een bezoekje aan het Sydney Olympic parc, de overblijfselen van de olympische spelen hier in 2000.
Terug in Sydney vieren Patricia en ik onze laatste dag Australia. De volgende dag vliegen we uit. Zij terug naar Belgie, ik naar Nieuw Zeeland.

zaterdag 21 februari 2009

Australia - travelling the ozzy way...

...of misschien toch net iets minder?
Travelling the Ozzy style betekent dat je met een camper rondtrekt en verschillende stops aandoet. Het land is desdanig groot dat je hier op eigen vervoer moet rekenen. Horden Australiers reizen door hun eigen land op deze manier. Lijkt me ook leuk, toch? Zeker nu dat Patricia me is komen opzoeken om even samen met me rond te trekken leek me dit ideaal om het land te verkennen. Vertrekpunt: Sydney, waar ik ondertussen ben aanbeland en waar ik Rendez-vous had met Patricia. De stad zelf straalt zoveel magie als men zegt: je hebt de haven met de imposante Harbour bridge, en wat verder de Sydney Opera House. Ferries vertrekken van de Circular Quay naar de stranden waar surfers zich kunnen uitleven - slechts 20minuten van je kantoor dus. Sydney is zo veel meer posh dan Melbourne, maar dat is nu net wat de stad maakt:UGG boots, Gucci wear etc overal, en daarna paraderen door de straten.
Maar terug naar de trip, met de campervan dus. Zogezegd zo gedaan, alles gepakt in de camper en en-route. This is Ozzy style... of misschien net dat iets minder toen ik de camper tegen een brug parkeerde en we dus last-minute change-in-plans met de vlieger naar Brisbane vlogen om Fraser Island te gaan bezoeken. Klein akkefietje met de camper dus... Maar daar willen we niet aan denken, tijd voor zon aan de Sunshine coast, want zo noemt de kust naast Brisbane. Maar uitgerekend nu valt er in dit deel van Australia (waar men reeds vijf jaar te kampen heeft met droogte) regen. Het is eens iets anders. We verkennen Brisbane dan maar al zingend in de regen, om dan op expeditie te vertrekken naar Fraser Island.
Fraser island, het grootste zandeiland ter wereld, ligt op enkele uren van Brisbane (in Austrlische termen is dat dus om de hoek) en volgens de weerberichten was het er mooi weer. We verkennen het eiland met een 4x4 truck. Van de stranden aan lake Mc Kinzie en de 75 miles beach naar het wrak van de Maheno en de hoge zandduinen aan de tip om dan in de Champagne pools te schuimbaden. In de zee zwemmen is niet echt een optie, haaien en kwallen heersen hier de zee. Het eiland is echt uniek: het word gevormd door de elementen: zand spoelt aan, wordt wegge-erodeerd en zo is het eiland steeds in beweging. Maar daar voel je natuurlijk niets van :).

donderdag 12 februari 2009

Australia - bushfires

Het heeft ondertussen de wereldpers gehaald: bushfires in Australia. Ik vernoemde het in de vorige post even: de branden nabij Churchill, de plaats waar ik verbleef. Toen ik de plaats verliet leken de bosbranden onder controle.
Niets was minder waar. Toen ik mijn weg via Melbourne naar Sydney had gemaakt was de wind ondertussen gedraaid en had de vuren aangewakkerd. Tevens, waren naast Churchill ook andere grote branden begonnen. Brandweerlui waren druk in de weer om overal de branden onder controle te krijgen, maar de wind werkte niet echt mee, een inferno tot gevolg. Het straatbeeld van Chruchill zag er dan ook zo uit:


De temperaturen zijn ondertussen gedaald en steeds meer branden zijn onder controle, de schade is amper te overzien. Nu is de grote klopjacht begonnen naar de daders....

vrijdag 30 januari 2009

Australia - Victoria

Om niet steeds ellelange dagen in trein of bus te zitten neem ik de vlieger van Alice Springs naar Melbourne. Ik ga op visite bij Jozef (een kozijn van mijn opa) in Churchill (150km uit Melbourne). Ik hoopte dat het zuiden wat meer verkoeling ging bieden dan de temperaturen midden in de woestijn... Jammer genoeg kom ik hier temidden van de heetste hittegolf ever in Australia. Het is hier nog harder puffen als naast Uluru: 43 C.
Met Jozef ga ik op excursie naar Phillip Island, we willen wat verkoeling vinden voor de enorme hitte. Op Phillip Island hopen we de zonnende zeeleeuwen te spotten, maar het blijkt te warm voor hen, dan maar een frisse duik in het water. Een idyllisch weggetje dat we 's ochtends namen is 's avonds afgesloten door 3 verschillende bushfires. Grote rookwolken stijgen op achter de heuveltoppen. De bushfires zelf waren gevaarlijk dichtbij! Slechts 10 km van waar ik verbleef. Vingers kruisen dat de wind niet draait, anders is het bbq-me.
Na wat in Churchill rond gehangen te hebben loop ik natuurlijk ook nog even langs Melbourne. Nadal klopte Federrer en de laatste restjes Zwisters druipen af, de spaniaarden zijn het nog aan het vieren. Ik kuier wat rond in Melbourne, wat een gezellig sfeertje uitstraalt. De stad is nog maar 150 jaar oud, maar de kleine steegjes ademen wel gezelligheid uit. Ik bezoek ook nog een oude Delftse maat, en op zijn appartement doen we een echte bbq, ozzy style. Het weer is ook wat koeler geworden, dus het is hier echt wel gezellig. Zo gezellig zelfs dat mijn ma en pa al vrezen dat ik hier ga blijven plakken....

woensdag 28 januari 2009

Australia - outback (2)

Van Darwin neem ik de legendarische Ghan trein. De treinlijn verbindt Adelaide met Darwin, ik stap af in het midden van Australie: Alice springs. Midden in de woestijn een kleine oase maar toch nog ongeloofelijk heet.
Ik vertrek van daar op safari dieper to way outback. In een 4x4 truck rijd ik samen met een groepje andere avonturiers naar Uluru. Het is een flink stuk rijden dus het neemt het grootste deel van de dag in beslag. Onderweg een paar tussenstops, eentje ervan in een camel farm. Camels in Australia? Jawel, de eerste ontdekkingreizigers hadden een heel deel meegebracht omdat paarden de droogte van de woestijn niet konden doorstaan, kamelen wel (vandaar het logo van de Ghan trein: een ruiter op een kameel, daar zij de enigen waren die de woestijn door konden). En dan nog wel zo goed dat in het centrum van Australia horden wilde kamelen rondlopen. Enkele van de kamelen zijn nog te vinden in farms, lekker voor het vlees...
Maar goed, na de stop in de farm gaat onze toch door. Uit het raam turend is zo ver je kan zien vlakte. Echter ,deze tijd van het jaar is deze niet zo dor als men normaal gewend is: na vijf jaar droogte heeft overvloedige regenval het typische rode landschap omgetoverd in een groene zee. Het is eens iets anders natuurlijk. In de late namiddag (we waren vertrokken om 6u, dus reken maar uit hoe ver het rijden was) komen we aan in uluru. De rode berg die op elke Australische postkaart prijkt.
Volgens de Aboriginals is de rots ontstaan doordat twee jongelingen, die ver van huis op ontdekkingsreis waren gegaan (in vreemd terrein, waar ze dus volgens de aboriginal wetten niet mochten zijn) en zich in het vreemde land schuil hielden naast een waterpoel. En omdat ze zich daar verveelden stapelden ze wat modder op elkaar... tot, voila, die rode berg daar stond. Dan nog een hele boek aan verhalen om de gaten en spleten in de rots uit te leggen en dat alles maakt dat Uluru een van de meest heilige plaatsen is voor de Aboriginals. We maken een wandeling omheen de rots. Imposant is hij wel... Bij de juiste weersomstandigheden kan je op de berg klimmen maar dat is hieligschennis voor de Aboriginals, een gewetenskwestie voor Westerlingen (ze was .
De volgende dag gaan we naar de Kata Tjuta (de Olgas). Deze rotsformatie lijkt sterk op uluru, maar met alle respect voor het nationale monument van Australie, ik denk dat deze toch wat mooier is. Een wandeling door de vallei van de wind is dan ook nog adembenemender dan die rond de Uluru rock (de vliegen die rond je gezicht vliegen zo mogelijk nog adem benemender).
Na het wandelingetje in vliegenland rijden we door naar Kings creek. Ik maak er een helivluchtje over het land omdat ik nu toch de uitgestrektheid van dit land wou zien. En inderdaad, de valeien waarin we lopen zijn zo groot als de einder (en dat vanuit de helicopter). De boerderij vanwaar ik met de heli vertrek is groter als belgie (vandaar de heli), hun dichtste buurman woont op 3u rijden van hen. Vanuit de lucht zie je echt over wat voor afstanden we hier spreken. In de valei onderme lopen wilde paarden (ook geimporteerd door de settlers) rond van billabong naar waterhole.
Na een nachtje kamperen aan het kampvuur in de swag met een gezellige aussie muziek (ik kan het niet laten, dus de link staat hier onder).
Dag 3 van mijn expedite gaat naar King's Canyon. Een wandeling door het bergmassief geeft enkele verbazingwekkende kiekjes: de verloren stad, waarbij allemaal bijenkorfacthige rotsen zich voor je uitstrekken, rotsspleten etc. Nog een plonsje in the garden of eden - wel uitkijken voor de serpents (aboriginal legende die zegt dat in donkere poeltjes een slang zit. Iemand die te dicht bij het water komt wordt opgegeten... vrouwtjes die water moeten halen reppen zich dan ook uit de voeten als hun kan is gevuld. Dit verhaal had maar 1 doel: voorkomen dat de aboriginals in hun eigen drinkwater zouden zwemmen, en dat werkt, till white man came along).
Het zand is hier ook helrood. Ik wou wat meenemen als souvenier (maar daar ik niet zeker wist of dit zand ook heilig was zoals het uluru zand, waar je voor deze praktijk dus een ferme boete moet betalen, had ik het lumineuze idee het in het potje paprikapoeder te steken - niet traceerbaar toch?) maar daar iemand uit mijn groepje wat kruiden op zijn brood had gedaan, schoot er niet al te veel van mijn souvenier over - iemand een zandwish?















dinsdag 20 januari 2009

Australia - Outback (1)





note (muziekje op de achtergrond? klik hieronder de muziek aan en geniet van wat didge tunes)



Met de vlieger van Perth naar Darwin, enkel om er (zoals al de Australiers me al lachend zeiden) in het regenseizoen aan te komen. Goed en slecht nieuws. Het goede nieuws: alles staat in bloei en je kan de natuur in zijn volle pracht zien; Bad news: van tijd tot tijd komt er een tropisch stormpje overwaaien, waardoor soms een baan wegspoelt... Als ik Litchfield en Kakedu national park bezoek is het dus net de uitdaging om op de verschillende sights te geraken. Verschillende wegen zijn overspoeld door de hevige regenval. Andere wegen zijn op eigen risico, als je er eenmaal over bent en het begint te regenen... zorg dan dat je kampeer materiaal bij hebt. Maar desondanks de weersconditities geraken we overal zonder veel problemen (we hebben een 4x4 truck, dus als er een baan blank staat geraken we er nog door).
Litchfield park is minder gekend doch heeft een prachtige natuur. Je vindt er termietenheuvels zo hoog als 6m, of je komt in landschappen met een soort platte platen (de zogenaamde magnetische termieten).
Het laatste park, Kakadu, is ook gekend als "Belonga Mick" de achtertuin van Krokodile Dundee in de gelijknamige film. En inderdaad, veel van de scenes uit de film zijn te herkennen als je door het park rijdt. Krokodillen zijn ook in volle getale aanwezig, en als we met een bootje op de Adelaide river varen komen enkele vervaarlijk dichtbij. Kroks richten zich ook ver uit het water om hun prooi te vangen. Even hengelen met een stukje vlees en hopla, een "kleintje"van drie meter richt zich op op een armlengt van mij...
Het meest geniale aan Kakedu vind ik de mijnconcessies. In het park zijn enkele uraniummijnen. Toen er protest kwam omdat deze te midden van een prachtig natuurpark liggen was het antwoord van de regering: nee, het park ligt rondom de mijn, de mijn ligt niet in het park... Dus technisch gezien ben ik er een aantal keren in en uit gereden.
Het park wordt nu volledig door aboriginals gerund, het is nl. een van de gebieden die terug gegeven zijn aan de aboriginals. Ze hebben hier vele heile plaatsen, waarvan we er enkele konden bezoeken. Deze plaatsen gingen van magische rotstekeningen, speciale rotsformaties tot daverende watervallen. In de poeltjes rond de watervallen kunnen we zwemmen, maar zoals het bord aangeeft, op eigen risico, je weet nooit waar onze kroks zijn (gelukkig zijn dit dan de zoetwaterkroks die niet zo gevaarlijk zijn als die van de Adelaide river)
In Darwin zelf loop ik wat rond. Het Kakadu park is net iets te groot om aboriginals tegen te komen (ze zijn nu rangers daar) maar in Darwin zie je er vele rondlopen. Eigenlijk is het wel triest als je deze aboriginals ziet: dronken mensen die rond proberen komen met hun kunstwerkjes en hier en daar om een dollar bedelen . Ik probeer een gesprek aan te knopen met een van de elders, maar buiten een ongeloofelijke dranklucht komt er niet meer uit als "I'm painting a rainbow serpent" en "can you spare me a dollar". Wat later (eigenlijk gedurende mijn volgend verhaal) begreep ik wat hier allemaal aan de hand was. Echter, ik wil hier even op door gaan, voordat je denkt dat hier elke aboriginal een alcoholicus is.
De Australische staat heeft een aantal jaren geleden dus een groot stuk land terug gegeven aan de aboriginals. Hier geld terug de aboriginal wet. Ze leven niet echt meer een nomadisch bestaan, maar proberen zo goed mogelijk aan hun cultuur vast te blijven houden. Diegenen die je in de straat ziet zijn diegenen die ofwel verstoten zijn, ofwel gevlucht zijn van de harde aboriginal wet (een van de regels overtreden betekent een speer in je been, en dat is nog een milde straf).
Ik doe een lokaal indigenous art centre aan om toch iets te kunnen doen voor de gemeenschap, ik kocht er een didgeridoo. Het geld gaat direct terug naar de gemeenschap. Ik sluit verder mijn dagen af in Darwin met een bezoek aan het lokale museum om nog wat prachtige aboriginal kunst te zien. Deze kunst zijn de bekende puntschilderijen. Weet je trouwens hoe oud deze dingen zijn? Wat zeg je, 20 000 jaar? nee, ze zijn van '72, de aboriginals begonnen er mee om de blanken te misleiden zodat ze de betekenis achter de kunst niet konden verstaan. En voila, een van de meest populaire kunststromingen was ontstaan.

















Djembe Didgeridoo - Nature

maandag 19 januari 2009

Australia - (south) West Australia

Oh my god I can't believe it, I've never been this far away from home. Met dit streepje Kaizer Chiefs stap ik van de vlieger (hoewel ik de versie van Lilly Allen beter smaak, maar de remix is vast nog niet tot hier gekomen, ik geef hem hieronder toch even mee) in Perth.
Perth, opgepoetste stad aan de Westkust van Australia en zowat 40 graden warmer als Belgie, ben ik snel beu dus ik vertrek op missie naar het zuiden: Albany, Denmark en Walpole.
Het lijkt hier wat druk in Albany, als ik er 's avonds aankom is geen enkel hostal of GH vrij, ik zet mijn tent dan maar op naast een gerestaureerde ontdekkingsvaarder die daar staat te blinken in een parkje. Slapen doe ik niet al te veel: een half oog open en bij het minste geluid even checken of er niemand rondwandeld. Niet meer dan een paar rondhuppelende kangaroo's me dunkt. Het lijkt hier common practice te zijn je tent hier te zetten, tot mijn verbazing staat er wat verderop nog een tentje met wat wildkampeerders. Ik neem het van daar en loop riching Whaleworld. Ik doe beroep op een lift want in Australie ligt alles wat verder uiteen, al wandelend had ik er wss een dag over gedaan.
Whaleworld is de laatste walvisvaarder verwerkingsfabriek in Australie, of beter: was. Nu is het een museum waar de geschiedenis en de industrie (waar ik overigens weinig van af wist) wordt verteld. Je ziet er het dek waarop de wavlissen werden versneden, de ketels waar het vet in werd gesmolten, de silos,... Nog wat skeletten en zo verder. Luguber doch interessant.
Van Whaleworld neem ik terug een lift, ditmaal naar Denmark. Een Australische familie neemt me mee en ik krijg nog wat inside info over the Ozzy way. Eenmaal in Denmark doe ik een hostal. Een echt bed heb ik even nodig daar mijn laatste nacht wat slecht was. Een klein wandelingetje langs de bibbelmun track en dan schuilen voor een bui.
Van Denmark naar Walpole. Al liftend natuurlijk. Eerst een echte ruige australier in zijn jeep, daarna een moeder met kindje die me zelf even een gezellig strandje toonden waar zij en de familie kampeerden. Een plons en een paar liften verder stond ik in de Valley of the Giants, een soort tree top walk tussen bomen van meer dan 50 m hoog. Imposant.
Een laatste lift bracht me in Walpole. De familie die me een lift gaf was echt fantastisch: ik werd uitgenodigd voor avondeten, proefde al de wijnen die ze gekocht hadden (ter info: deze streek is de wijngaard van australie met wijnen als Tennants Creek, Margereth River, etc.) en kampeerde in hun tentenkamp. Echt gezellig. Na hun vertrek lieten ze me zelfs een flesje na.. geweldig toch?
Maar mijn excursie hier loopt ten einde. Ik neem na een paar daagjes Wibbelmun track (een van de meest fantastische wandelroutes die langs giant trees, door woodlands en alle landschappen hier gaat. Hem volledig aflopen zou 8 weken duren) de trein naar Perth. Deze streek kan me zeker terug verwachten, eindeloos mooi, maar er ligt nieuw avontuur voor me: Darwin!

Oh My God feat Lily Allen - Mark Ronson

donderdag 15 januari 2009

Singapore & exit Asia

Singapore en mijn laatste dagen Azia. Ik strand terug bij David die me nog enkele onverkende hoekjes van Singapore laat zien. Ik maak van de dagen hier vooral gebruik even op adem te komen en me voor te bereiden op de volgende fase: Australia.
De laastste avond spreek ik eerst af met Tante Ann (die is hier samen met Stephane) en we doen een gezellig dineertje en terasje. Achteraf rendez-vous op daaf zijn appartement. Ik neem Olivier en Stephane mee, want Daaf heeft grootse plannen: voor een vlucht mag je niet slapen.
En dat probeert hij vol te houden ook: eerst wat drankjes op zijn appartement met nog een belgisch koppeltje, en dan afzakken naar de Supper Club, chique keet (jammer genoeg haken Olli en Stephane af) om dan in de vroege uurtjes mijn spullen op te halen chez Daaf.Mission accomplished. Nachtje door. Nu nog de MRT naar de luchthaven nemen (iets te lang gewacht waardoor ik echt moet sprinten voor de vlucht, but we've made it).
Goodbye Asia. Einde van een groot hoofdstuk in mijn reis. 3 maanden trok ik (eerst met Olivier, dan alleen) doorheen het kleurrijke India, zocht ik verfrissing -na de aanval op mijn zintuigen in Varanasi - in Nepal en vloog ik door naar Thailand om van Pad Thai naar Thai massage en een dan nog een romantisch eilandje (Koh Chang) te doen. Chilling out in Laos en genieten van het kapitalistisch communisme in Vietnam en er de restanten van de 'Nam op te zoeken. Met de bike doorheen de Cardamom mountains om dan Cambodia af te sluiten met de tempel van Angkor.
Nieuwjaar in Singapore en een toertje in Malaysia. Een hele boterham, maar ik heb er echt van genoten. Australia ligt nu voor me, I'm going down under.

dinsdag 6 januari 2009

Malaysia - Cameron Highlands & exit malaysia

Ik zou normaal gezien Ridz (Reece, de Maleisische vriend) ontmoeten in KL, communicatie problemen gooiden roet in het eten. Ik hield me bij zijn plan om de Cameron highlands te bezoeken. Ik had de keuze tussen Taman Negara of dit, maar op aanraden van een rasechte Malay toch voor deze gekozen daar er hier naast jungle ook thee-,vlinder- en rozentuinen zijn.
Alleen op pad dus. Ik arriveer in de middag en wil dadelijk op pad. Als ik een tocht naar een wandeling naar een watervalletje in 20minuten afwerk terwijl men beweert 1u nodig te hebben, beslis ik nog wat anders te doen, dieper de jungle in. In vergelijking met dit pad is het vorige een voor rolstoelgebruikers en ik slinger me mbv lianen de berg af op weg naar een vergeten tempeltje te midden van de jungle. Het is al bij valavond als ik terug in de beschaving kom. Maar ja, ik heb er weer een goeie lap op gegeven, de tocht is normaal gezien een halve dag en ik deed er 2u over. Maar in al mijn enthousiasme schoot ik wel voorbij een van de bezienswaardigheden, de fameuze pitcherbloem (ik hou het er bij dat het uit seizoen is...) - ik realiseerde dit toen een wegwijzertje ineens de andere kant opwees.
De volgende dag was ik van plan vroeg te vertrekken. Niet al te veel geslapen door een ongeloofelijke ronk dus was toch al wakker. Een roti canai (lokaal gerecht) achter de kiezen en naar het lokaal busstation. "Bus to tea Garden? Come back at 10.30". Daar ging mijn plan om vroeg te vertrekken.
Misschien een geluk bij een ongeluk, want als ik nog eens langs het busstation loop voor mijn bus naar Singapore blijkt dat het niet mogelijk is om 's ochtends te gaan. - Waarom verkoop je dat ticket dan? vraag ik. Een knikje en de vraag wordt rustig aan de kant geschoven. Dit betekent wel dat ik de nachtbus op moet, en dus deze avond moet vertrekken om 5.30.
Goed, nog even langs een paar theetuinen en dan mijn zwaarste uitdaging van de dag: jungle lopen. Uitdaging moet er zijn, dus ik hol de berg op en duik het jungle pad in, zoals gisteren, maar dan in tweede versnelling.
In de avond neem ik de bus, quite a comfy one, maar slapen gaat moeilijk (Chinees die achter me ligt te ronken) dus ik steek wat gekauwde paginas uit mijn boek in mijn oren. Alles gaat goed tot aan de grens. Het probleem is dat ik het papieren propje niet meer uit mijn rechteroor krijg. De douane beamte vraagt me wat. - Eh? Can you say that in my left ear please?
Door mijn halfdove handicap verspil ik duidelijk wat te veel tijd aan de grens en is mijn bus al vertrokken als ik beneden sta. Wel een unieke manier om Singapore in te gaan, toch?

End note: mijn geimproviseerd propje is al uit mijn oor, dus alles in orde.

maandag 5 januari 2009

Malaysia - KL, PD en Melaka


Er wordt hier heel wat afgekort in Malaysia, het lijkt Holland wel. Ik neem dan ook de bus van Singapore naar KL (Kuala Lumpur), de HS van MY, wat voor mij gerust palmland kan gedoopt worden. Op de 5.5 uur durende busrit van Singapore naar KL is dit het enige dat je ziet: plantages monocultuur palmbomen, enkel en alleen voor wat palmolie. Maar uiteindelijk, als de laatste palmtak heeft moeten wijken voor urbanisatie, doemt daar voor je op, in het schemerdonker van de vallende avond... de prachtig verlichte petronas torens.
Als ik de volgende ochtend naast deze torens sta (je moet weten, elke ochtend worden er tickets uitgedeeld voor de skybridge, wie op tijd is geraakt er in, anders ben je noodgedwongen toeschouwer vanop de grond. Ik had bedacht dat het wel laag seizoen zou zijn en er niet te veel touristen vroeg zouden opstaan om een ticketje, dus toen mijn wekker ging plakte mijn kussen net iets te hard om op te staan... laagseizoen? niet dus - ik ben dus noodgedwongen grondtoeschouwer) valt mijn mond open van verwondering. Zo'n toren is echt uniek. Volledig in blinkend aluminium aan de buitenkant, glimmend in de zon - voorbijgestoken in de ranglijst voor de hoogste toren (Tapei 101 en dan heb je nog de Arabieren: Burj Arab), maar nog steeds uniek. Terwijl ik wat sta te kijken loop ik een Maleisisch gast tegen het lijf. Ik uit mijn verontwaardiging over de skybridge (waar ik dus niet op mag wegens geen ticket) en hij nodig me uit voor een typisch malay ontbijt. Hij nodigt me uit om na het vrijdagsgebed mee te gaan naar zijn huis, PD.
PD, nee niet het Frans voor gatridders maar Port Dickson, een stad wat ten zuiden van KL en in de buurt van het Maleisisch F1 circuit. Zijn huisje staat wat verdoken achter wat bosjes en onder een paar hoogspanningslijnen, maar ziet er keurig uit. Ouders heeft hij niet meer, maar alles van broers, zussen, neven en nichten vinden er onderdak. Het is echt een sneak preview van het Maleisisch leven.
Ik wordt er ingewijd in de lokale gebruiken en krijg allerlei gerechten te proeven. De volgende dag is het mijn beurt: ik leer echt Malay te koken. We maken samen chili pasta, curry en sweet&sour... fantastisch interessant/lekker. Na onze cullinaire escapade even de PD-beach bezoeken. Het weekendje PD zit er op.
Reece, mijn Malay maat moet naar KL, ondertussen ga ik naar Melaka, eens onderzoeken wat de portugezen hier hebben uitgestoken...
Melaka is een prachtig stadje. Je vindt er naast het Stadhuys de ene kerk na de andere. Eerst die van de portugezen, dan de hollanders en uiteindelijk van de Engelsen. Er is wat gevochten om dit plaatsje... Ik kuier wat rond van een oud hollands pleintje, naar een engelse kerk, langs wat hollandse grafstenen via de portugese wijk naar de chinese kwartieren, naast little india (oh ja, en ertussen wonen wat Malay)... het is hier een echte meltkroes der volkeren, en in de verte worden de gelovigen tot gebed aangemaand - Alah akbar. Alles is heel gezellig, dan toch tot er een bus jappen wordt gedropt...

zaterdag 3 januari 2009

Laat me beginnen met u allen een gelukkig nieuwjaar te wensen!
Het was even stil hier op de blog. Ik moest ondertussen wat reizen voordat ik op mijn nieuwjaarsbestemming (Singapore) aankwam. Maar ik ben er geraakt.
Singapore zelf is een ongeloofelijke stad! Superclean, georganiseerd nog niet gezien in Europa. De stad zelf is een smeltpot van Westerlingen, Chinezen, Maleiziers en Indiers. Iedereen respecteert elkaar en viert elkanders feesten. Dat wil zeggen dat hoewel het aantal westerlingen beperkt is, iedereen zich opmaakte voor de festiviteiten van nieuwjaar. In Marina Bay stond het podium al klaar en werd het vuurwerk voorbereid.
Het nieuwjaar zelf vierde ik samen met Olivier, die voor de gelegenheid nog even boven water kwam, en de familie Vermeulen in het Pan Pacific hotel. Het was een ongeloofelijk gezellige avond (waarvoor mijn grootste dank, Fam. Vermeulen) en we telden samen af, met zicht op de baai, naar het nieuwe jaar. Ik heb toen mijn wensen uitgedeeld, maar voor iedereen die er niet was heb ik er natuurlijk ook een paar: een gelukkig jaar met veel voorspoed, een goede gezondheid, geluk en al wat je je kan wensen...